Wie zorgt er in de zomer voor de kinderen?

fulltime moederen

'Ieder jaar staan honderdduizenden gezinnen opnieuw voor de vraag: wie zorgt er in de zomer voor de kinderen?'

Zo begint de column die correspondent Zorg Lynn Berger deze week publiceerde op De Correspondent.

Er is niets zo essentieel als zorg

Ze schrijft hierin dat niets zo essentieel is als zorg.

'Maar er is ook weinig dat we zo slecht zien voor wat het is,' schrijft ze vervolgens.

Zorg is vaak onzichtbaar. Het is zo 'gewoon' dat we het niet meer zien. Vandaar vermoedelijk ook het idee dat een periode van fulltime voor je kinderen zorgen gelijk staat aan 'niets doen' en een gat in je cv.
Lynn Berger:

'Zorg mag dan alledaags en alomtegenwoordig zijn, dat maakt het nog niet vanzelfsprekend. Zorg is kwetsbaar en niet eindeloos voorradig. Wat ook duidelijk werd: als de professionele zorg vastloopt, lopen uiteindelijk álle vormen van zorg vast, óók de huis-tuin-en-keukenzorg in gezinnen, onder vrienden, in de buurt.'

Wie zorgt er in de zomer voor de kinderen

Het probleem is eigenlijk heel simpel:  Kinderen hebben 55 vakantiedagen. 'Werkende ouders' hebben ongeveer 20 vakantiedagen.
Dat was 'vroeger' geen probleem.
Moeder was immers thuis.

Er is niemand thuis

Maar sinds de jaren tachtig is het overheidsbeleid gericht op zoveel mogelijk arbeidsparticipatie van zowel mannen als vrouwen. In het geval van vrouwen in naam der emancipatie. Met andere woorden: er is niet langer vanzelfsprekend iemand thuis voor de kinderen.
Nou is dat in theorie geen probleem, want daar is de kinderopvang voor. Langzaam maar zeker wordt aangestuurd op het idee dat kinderopvang ook eigenlijk veel beter is dan thuis zijn bij één van je ouders.

Op de kinderopvang kun je als kind tenminste lekker socializen en alvast een beetje netwerken voor later.

Wie zorgt er voor de kinderen?

In de praktijk zijn de 35 vakantiedagen van basisschool kinderen echter een probleem. Want wie zorgt er voor de kinderen als beide ouders buitenshuis aan de slag zijn?
Volgens Lynn Berger komt dit omdat de samenleving nog hetzelfde is ingericht als toen er nog altijd iemand thuis was. De maatschappij is nog ingesteld op het kostwinnersmodel.

Kostwinnersmodel

Binnen het kostwinnersmodel kon je als gezin rondkomen van één salaris. De mannelijke partner zorgde voor het inkomen, en de vrouwelijke partner zorgde voor dat de boel thuis goed liep.
Maar dit model was ongeëmancipeerd.
De norm werd: Om een goed leven te kunnen leiden heb je een betaalde baan nodig. Die baan maakt je financieel onafhankelijk en je ontwikkelt je als mens. De overheid gaf nog een extra duwtje de arbeidsmarkt op door kostwinnersgezinnen 5 keer zoveel te belasten over hetzelfde inkomen.
Het is goed gelukt, want anno 2022 ligt de arbeidsparticipatie van vrouwen rond de 68%.
Maar het systeem is niet aangepast aan een tweeverdieners maatschappij.
Toch vraag ik me af: moet je dan het systeem aanpassen of de leefstijl?!
 
Moeten we geen vraagtekens zetten bij een maatschappij waarin de zorg voor je kinderen een logistiek probleem is?

Vergelijkbare berichten

2 reacties

  1. Ik werk onregelmatige diensten en daardoor hoef ik maar een a twee dagen in de week onze geweldige oppas of mijn moeder te vragen. Het lijkt mij anders een groot probleem in de zomervakantie!
    Daarnaast ook niet niet als de kids veel vaar de Bso, Kdv of gastouder moeten.

  2. Ik werk onregelmatige diensten en daardoor hoef ik maar een a twee dagen in de week onze geweldige oppas of mijn moeder te vragen. Het lijkt mij anders een groot probleem in de zomervakantie!
    Daarnaast ook niet niet als de kids veel vaar de Bso, Kdv of gastouder moeten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *